Bert Blogt “Het leven zoals het waarschijnlijk nooit meer wordt...”

jan ’09
12

De wiskundeleraar moet boeten…


door Bert De Keuster
gepost in
2 reacties
5049 keren gelezen

In alle eerlijkheid : naar school gaan… ik vond het maar niks. Ik was ook niet écht een groot licht op school. En dan waren er nog de vakken die ik hartsgrondig haatte : fysica, wetenschappelijk tekenen en wiskunde. Wiskunde ? Verschrikkelijk ! En dan die wiskundeleraar… een nachtmerrie !

Ik ben tot m’n 18 jaar altijd naar dezelfde school geweest. Dat was ook niet zo moeilijk want ik woonde naast die school. Als toemaatje was m’n vader dan ook nog eens schoolhoofd van die school : Het Heilig-Hartcollege in Heist-op-den-Berg. Van m’n derde tot m’n zesde zat ik in mijn roos geruit schortje in de kleuterschool. In de eerste ‘papschool’ bij een non waarvan ik de geur nog voor m’n neus kan halen als ik m’n ogen sluit… In de laatste kleuterklas bij juffrouw Gisella waar ik toen al verliefd op was en die ik bij haar pensionering ( enkele jaren geleden ) bloemen heb gegeven. Ze wist niets van mijn toenmalige verliefdheid… Jammer… ‘t had iets moois kunnen worden tussen ons ;-)

 

Er is nog altijd bedrijvigheid in m’n voormalige school…

 

En dan was er de lagere school. Elke dag kwam ‘mijnheer bestuurder’ ( mijn vader notabene ) de klas binnen en dan moesten we rechtspringen uit onze bankjes, er naast gaan staan en scanderen : ‘Dag mijnheer bestuurder’. Tegen mijn eigen vader… Toen ik pas arriveerde in de lagere school zei ik tegen ‘mijnheer bestuurder’ papa waarop mijn vader zei : ‘Bertje, hier op school ben ik ook voor jou ‘mijnheer bestuurder’. Waarop ik antwoordde : ‘Als je hier mijn papa niet wil zijn, dan thuis ook niet meer’. Die anekdote werd elk jaar opnieuw aan de kersttafel verteld. Geloof me of niet, maar in het tweede studiejaar ( dan ben je zowat zeven jaar ) zat ik altijd naar buiten te staren en bij mezelf te denken : ‘Wat zit ik hier toch in hemelsnaam te doen ?’ Meester Kiebooms ( ondertussen ook al rijkelijk lang overleden ) vond me een dromer…

En dan was er de middelbare school ( Moderne noemden ze dat destijds ). Het toppunt van ellende. Talen en aardrijkskunde deed ik wel graag maar aan vakken zoals fysica en wiskunde had ik echt een broertje dood. De wiskundeleraar was bijgevolg ook niet echt mijn vriend. Een klein pezig ventje dat praatte met een rollende velare r. Hij had ook een beetje een gelige kleur. Daarom had hij als toenaam : ‘De Chinees’. Hij begon zijn lessen altijd met een gebed, dan weet je ‘t wel hé ? Als uitsmijter riep hij dan ook geregeld : ‘De Keuster’ ( dat bekte lekker met die rollende r van hem ), bid gij maar voor ! Halverwege de ‘Wees gegroet, Maria’ lag ik altijd in de knoop want ik kon de ‘Wees Gegroet’ en het ‘Onze Vader’ niet uit mekaar houden. De Chinees kon er niet mee lachen, ik wel ( zij het alleen in mijn binnenste )…

Als de Chinees z’n neus moest snuiten, dan trompetterde hij minstens een halve minuut. En weet je wat hij dan altijd deed ? Dan keek hij aandachtig in zijn zakdoek wat het getrompetter had opgeleverd. Hij telde de groene slidders godbetert. Yuk ! Mijn punten van wiskunde waren dan ook niet om over naar huis te schrijven. En mijn sympathie voor de Chinees zakte verder onder het vriespunt toen hij mij op zeker schooljaar feestelijk voorzag van een herexamen van wiskunde. O.K. Dat was de spreekwoordelijke druppel. Mijn grote vakantie een beetje verneuken ? Met alle chinezen, maar niet met den deze !

Op een zomerse juli-avond, terwijl pa en ma met vakantie aan zee waren, riep ik mijn boezemvrienden uit de buurt tot bij ons thuis voor de wraakactie. In het tuinhok van pa vond ik een hele zak ‘Herbimort’ ( een geweldig sterke onkruid- en grasverdelger ). Dat mengden we met enkele kilo’s keukenzout in een grote emmer. Toen het na middernacht was, trokken we met onze moordende emmer naar het huis van de Chinees in de Kasteelstraat ( amper enkele honderden meters van bij ons thuis vandaan ). Daar aangekomen hebben we de hele inhoud van de emmer professioneel uitgestrooid over het mooie gazonnetje in de voortuin van de Chinees…

Tot ons groot jolijt begon het even later ook nog te regenen waardoor we er zeker van waren dat ons ‘revanche-mengsel’ lekker in de grond zou trekken. De maanden na onze nachtelijke actie hebben we dan ook uitgebreid genoten van de wondere wereld van de bestrijdingsmiddelen. Na een week of twee zag het gazon van de Chinees zo geel als de man zelf. Na een maand zag het gazon bruinig zwart en begonnen ook de rozenstruiken naast het gazon te verwelken. En na een half jaar begon ook het kleine ligusterhaagje tussen het gazon en de straat z’n blaadjes te verliezen. Jaja… het zat de Chinees niet mee met z’n tuintje dat schooljaar…

Enkele jaren nadat ik het college uit was, is de Chinees met pensioen gegaan. Enkele jaren geleden is de man overleden. Dus… hierbij bied ik postuum mijn excuses aan de Chinees voor de voortuinravage. En…euh… vermits ik dan toch in een melige openhartige bui ben : die slaapkamer in bouwpakket die ‘Concordia Mail’ ooit bij jou thuis afleverde, die had ik ook op jouw naam besteld. Sorry mijnheer de Chinees !

En jij, welke leraar z’n gazon wou jij wel eens onder handen nemen ?


Tags:, , ,

Reacties

  1. Michel 23 januari 2009 om 10:58

    als ik iets moet uitrekenen, u gras moet afrijden, of u met wat anders kan helpen…
    :)

  2. Elke 14 december 2009 om 13:09

    Vermoedelijk dat van Eddy Fransen, eveneens wiskundeleraar. ;D

Voeg uw reactie toe

You must be logged in to post a comment.